Toen ik elf jaar oud was, ging ik voor het eerst mee met mijn ouders naar het land waar zij vandaan komen: Indonesië.  Het was een reis die veel indruk op mij heeft gemaakt en soms ook confronterend was, omdat het zo anders was dan wat ik gewend ben hier in Nederland (en nogmaals; ik was elf jaar). Jaren later ben ik dankbaar om te zeggen dat we nog twee keer samen op reis zijn geweest in Indonesië. Elke keer hebben we een andere route gedaan en heb ik vele plekken samen met mijn ouders mogen ontdekken. Van hun geboortestad Batavia (Jakarta), tot aan Bandung, Surabaya, helemaal tot aan Bali. Ik vond het indrukwekkend om naar de plaats te gaan waar zij zijn opgegroeid, en de bekende plekken te zien die belangrijk waren in hun jeugd. Erachter komen dat ze bij elkaar in de straat hebben gewoond maar elkaar pas in Nederland hebben leren kennen. De gerechten mogen proeven die favoriet zijn van ze, de kampongs van dichtbij mogen zien – en nog véél meer. Al deze momenten vergeet ik nooit meer.

Jaren later ben ik samen met mijn man naar Maleisië en Indonesië gereisd. We brachten eerst een paar dagen door in Kuala Lumpur, een bruisende stad met de imposante Petronas Towers. Genoten we van de Maleise keuken (Nasi Lemak I love it) en deden we wat bezienswaardigheden aan. Kort daarna reisden we door naar Indonesië, gingen we naar Lake Toba op Samosir Island, verkenden we Medan en maakten we de meest onvergetelijke jungle trekking tocht in de jungle van Sumatra (Bukit Lawang). We maakten een flinke hike in het regenwoud met onze twee guides en stonden oog in oog met orang oetans. Het was waanzinnig. Uiteindelijk kwamen we bij een grote rivier aan waar we ook (back to basics) zouden overnachten in tenten. Tijdens de tocht zagen we Thomas Leaf Monkeys, slangen, gibbons en een grote varaan. In de avond deden we campsite spelletjes, aten we de lekkerste rendang en alles in het pikdonker met slechts een paar kleine kaarsjes. Dit avontuur was het absolute hoogtepunt van deze reis.

Daarna reisden we verder naar Yogjakarta waar we mijn ouders nog even ontmoeten die ook op vakantie waren. Natuurlijk hebben we hier nog dagtrips naar Prambanan en de Borobudur tempels gedaan. Een paar dagen later naar Bali waar we genoten van Seminyak, de rijstvelden en de gezelligheid in Ubud. Van daaruit namen we de boot naar Gili Islands en noemden we Trawangan ons thuis voor de opvolgende dagen. Het was een autovrij eiland waar we heerlijk konden relaxen, alles te voet, te paard of te fiets deden en konden zwemmen met grote zeeschildpadden. Ik heb een hoop tips om met je te delen!